Ik probeer je te bereiken,
maar het lukt me niet vandaag.
Waarom weiger je mijn aandacht?,
dat is wat ik mij afvraag.
Is het een teveel aan prikkels
of is het juist eenzaamheid?
Je bent afwezig en verdrietig,
en je bent van alles kwijt.
Ik moet weg, zo laat je blijken,
wat ik doe, ‘k krijg geen contact
En zo zit je in een rolstoel,
huilend onderuit gezakt.
Als ik jou probeer te troosten
word je boos, scheld je mij uit.
‘k Merk dat als ik dichtbij kom,
ik alleen op weerstand stuit.
Wat me dan het meeste pijn doet,
dat jij me niet meer herkent.
Vroeger noemde jij me ‘liefste’,
nu ben ik een ‘vieze vent’.
‘k ga naar huis, want langer blijven,
heeft vandaag geen enk’ le zin
En ik kan je wel vertellen,
dat beukt er behoorlijk in.
Thuis ga ik mijn potje koken
dat doe ik nog altijd zelf.
‘k Kijk tv en ik ga slapen,
meestal rond een uur of elf.
Maar ik kan de slaap niet vatten,
‘k voel me rot door jouw gedrag.
Maar ik houd vol, ik blijf komen,
morgen is er weer een dag.
© Hans Cieremans