De taal van de muziek

(Melodie: Alle Menschen werden Brüder)

Taal die alle mensen spreken,
taal van de saamhorigheid.
Als de woorden ons ontbreken
toch verstaanbaar wereldwijd.
Taal voor rijken, taal voor armen
of je ziek bent of gezond.
Taal die mensen blijft verwarmen,
zwart, wit, rood of kakelbont.

 Taal die vele noden lenigt,
taal wie droef is vrolijk maakt.
Taal die mensen steeds verenigt,
taal die mensenharten raakt.
Taal van liefde en van vrede,
waar ter wereld wij ook gaan.
Taal van heden en verleden,
taal die eeuwig blijft bestaan.

 Taal die mensen willen horen,
die verzacht verdriet en pijn.
Taal ook van de eng’ lenkoren
als we in de hemel zijn.
Taal aan iedereen gegeven,
van modern tot aan klassiek
Geen mens kan er zonder leven.
‘t Is de taal van de muziek.

© Hans Cieremans

 

Moeder

Die rimpelige hand, die mijn eigen hand omklemt,
die glimlach die doet twijf’ len of je mij nog wel herkent.
Die vlekken op je jurk en die verloren plas,
die haren in de war, dat gebitje in je tas.

Die naam die je fluistert van mijn vader, van jouw man,
die tranen die ik zie als je aldoor roept om ’Jan’.
Die afgezakte kousen, alles klef en nat,
die beker met dat tuitje, die rolstoel met dat blad.

 Lieve moeder, ’t is zo vreemd,
zo vreemd, het gaat zo gauw.
Vroeger was je toch zo’n and’ re vrouw.
Ik wou dat jij het nog een keer begrijpen zou
als ik zeg: ’Ik houd heel veel van jou’.

 Dat huis waar je woont, die kamer met dat bed,
op die rand daarboven staat vader zijn portret.
Die ene kast met kleren, die wasbak met die kraan
die ongepoetste schoenen , die ik naast je bed zie staan.

 En nog steeds die hand die mijn eigen hand omklemt
en nog steeds die glimlach: ‘Word ik wel of niet herkend?’
Al die goede jaren, als een film voorbij gegaan,
ik zoek alsmaar vertwijfeld naar de zin van jouw bestaan.

 Lieve moeder, ’t is zo vreemd,
zo vreemd, het gaat zo gauw.
Vroeger was je toch zo’n and’ re vrouw.
Ik wou dat jij het nog een keer begrijpen zou
als ik zeg: ’Ik houd heel veel van jou’.

© Hans Cieremans

 

Dementie

Geheugen stuk,
wiss’ lende stemming.
Angst en depressie,
boosheid, ontremming.
Soms ook afatisch,
toekomst dramatisch.
Wie, waar, wanneer,
alles verward.
Alzheimer is
zo ontluisterend hard.
Geen medicijn kan
die toestand keren,
hooguit wat pillen
die onrust kalmeren.

Risperidon,
Melatonine,
Haloperidol,
Rivastigmine.
Receptjes schrijven
om kalm te blijven.
Plaats, tijd, persoon,
niets wordt herkend.
Je leeft met een stigma
en dat heet ‘dement’.
Train ’t geheugen
door reminisceren.
Benader empathisch
door te valideren.

Decorumverlies,
confabuleren,
hallucinaties,
weg vegeteren.
Vreemd mechanisme
van egocentrisme.
We zoeken termen
voor een groot leed.
Waarvoor geen mens
een oplossing weet.
De dementie,
waar velen voor vrezen.
Wanneer komt de tijd,
dat dit kan genezen?

© Hans Cieremans

Als ik mezelf niet meer ben

Als mijn geheugen het eens af laat weten
en ik mezelf niet meer ben.
Als ik gekweld word door angstig vergeten,
als ik jou niet meer herken.
Als ik niet meer uit mijn woorden kan komen,
als ik soms plas in mijn broek.
Als dementie levenszin heeft ontnomen,
kom dan bij mij op bezoek.

Breng dan wat kleur in mijn leven,
ook al weet ik niet meer wie je bent.
Vergeet me dan niet en troost me heel even,
geef me soms nog zo’n kostbaar moment.

Als ik niet weet hoe ik mij aan moet kleden,
ben ik de weg kwijt geraakt.
Als ik geen toekomst meer zie in het heden,
als tijd het verschil niet meer maakt.
Als mijn gedachten in mist gaan verdwijnen,
herinn’ ring in nevelen hult.
Als ik dan huil, leg jouw hand in de mijne,
leid mij naar het licht, met geduld.

Breng dan wat kleur in mijn leven,
ook al weet ik niet meer wie je bent.
Vergeet me dan niet en troost me heel even,
geef me soms nog zo’n kostbaar moment.

Als op een dag de mist op zal trekken,
laat me dan los, laat me gaan.
Ik ga dan op reis, een nieuw leven ontdekken,
een reis naar een eeuwig bestaan.
Maar blijf tot die dag, dat de mist wordt verdreven,
bereid saam de reis met me voor.
De reis van vertrouwen in ‘t eeuwige leven
waar ik bazuingeschal hoor

Maar blijf tot die tijd in mijn leven,
ook al weet ik niet meer wie je bent.
Vergeet me dan niet en troost me heel even,
geef me soms nog zo’n kostbaar moment.

© Hans Cieremans