Psychisch lijden

Paranoia en narcisten,
drugsverslaafden en autisten,
bipolairen, masochisten
hebben geestelijk gebrek.
Schizofrenen met psychoses
hysterie en dwangneuroses,
die beladen diagnoses,
noemt men simpelweg vaak ‘gek’.

Hypochonders, kleptomanen
Borderliners, pyromanen,
smetfobieën, grootheidswanen
zijn ‘afwijkend, abnormaal’.
De dwangmatig obsessieven,
pathologisch agressieven
en de manisch depressieven,
ach, wie hoort naar hun verhaal?

De Alzheimers, necrofielen,
zwakbegaafden, randdebielen,
het zijn psychisch zieke zielen
met een lijden heel intens.
Al die geestelijk gestoorden
opgesloten in hun oorden,
ze  zijn soms te gek voor woorden,
maar zijn ook volwaardig mens.

© Hans Cieremans

Haat en Liefde

‘Haters’ kunnen enkel  ‘haten’,
en gebruiken slechts geweld.
En als zij het leven laten,
sterven ze als grote held.
Krijgen hemelse beloning,
‘t is hun hoofdprijs  van de ‘haat’
‘t Wordt gezien als de bekroning
van een echte heldendaad.

Zij gebruiken kindsoldaten,
die leren van kindsbeen af,
hoe je anderen moet ‘haten’
van de wieg tot aan het graf.
Als ze ooit een aanslag plegen,
heten ze ze geen moordenaar,
maar zij zijn voor hen die ‘haten’
een gevierde martelaar.

Maar de ‘haat’ zal het nooit winnen,
omdat ‘liefde’ ook bestaat.
‘Liefde’ gaat over beminnen,
wat veel sterker is dan ‘haat’.
Zouden ‘haters’ zich bekeren
al vanaf de moederschoot,
dan zal ‘haat’ hen ‘liefde’ leren
dat veel sterker is dan dood.

‘Liefde’ is nooit weg te vagen,
wint het altijd van het kwaad.
‘Liefde’ is nog nooit verslagen,
ook niet door de grootste ‘haat’.
‘Haters’ die alleen slechts ‘haten’,
kennen oorlog en geweld.
Maar zijn eenzaam, godverlaten,
zijn de ware antiheld.

© Hans Cieremans

 

Klein, onschuldig mensenkind

Klein, onschuldig mensenkind,
met je gezicht vol bloed,
je lijfje grijs van ‘bommen-stof’,
omdat er oorlog woedt.
Daar lig je zwaar gewond,
apathisch en ontheemd.
En alle mensen om je heen,
die ken je niet, zijn vreemd.

Klein, onschuldig mensenkind,
slachtoffertje van strijd.
Je bent je ouders en je jeugd
door de oorlog kwijt.
Je kent de vrede niet,
geen vrijheid, geen geluk.
Je kent geweld, haat, oorlogstuig
dat maakt je toekomst stuk.

Klein, onschuldig mensenkind,
wat ken je meer dan haat?
Zou er voor jou een leven zijn,
waar oorlog niet bestaat?
Het lijkt zo uitzichtloos,
‘haat’ geeft niks om een kind.
En die haat verliest alleen,
wanneer de liefde wint.

Ik leerde ooit van ‘t Mensenkind,
een Kind dat liefde bracht.
Het kwam met Kerst, bracht mensen hoop
heeft Hij aan jou  gedacht?
Veegt Hij de ‘bommen-stof’
en ’t bloed van jouw gezicht?
Of is dat ook weer valse hoop,
op liefde, vrede, licht?

Klein, onschuldig mensenkind,
ik zie pijn en verdriet
Ik twijfel zelfs aan ’t Mensenkind,
ik ken de waarheid niet.
Toch omarm ik Zijn verhaal,
het geeft me wat houvast.
Hoop dat er ooit een leven komt,
waar haat nooit meer in past.

Op de melodie van ‘Oh, little town of Bethlehem’

© Hans Cieremans

 

Voor de toerist aan Rotterdam

Als je lekker wil gaan nassen,
komt gezellig naar nul tien.
Laat je maar eens goed verrassen,
in de ballentent misschien.
Hiero, bijna in het centrum,
zijn de ballen altijd vers.
En je zit vlak bij de havens.
Rotterdam, dat is pas gers.

Want je loop zo naar de koopgoot
of misschien de Euromast.
Of gaat varen met de Spido,
als je lekker heb genast.
Drink aan boord een lekker pijppie,
als je vaart langs de Ahoy
Rotterdam, daar mot je wezen,
het is bloedverziekend mooi.

Blijf gewoon een poossie meuren,
op de SS Rotterdam.
En maak ook een mooie rondrit
in een Rotterdamse tram.
Pik ook effe een terrassie,
voor een lekker bakkie pleur.
‘r Is als kakken zonder douwen,
effe weg zijn uit de sleur.

Rotterdam dat is toch ech wel
onze aller gaafste stad.
Ja toch niet dan? Zeg nou zelluf
’t is gewoon een warrem bad
En voordat je af gaat taaien,
in je eigen bedje kruip.
Ga dan effe langs het mooiste,
da’s de Rotterdamse Kuip.

©Hans Cieremans

Feijenoord kampioen

Refrein:

Hand in hand kameraden
hand in hand voor Feijenoord één.
Geen woorden, maar daden.
Leve Feijenoord één.

Ga je mee naar het Hofplein,
voeg je bij het legioen
Neem een duik in de fontein.
Feijenoord één is kampioen.
Wat is dat een wereldploeg,
kampioen zonder verslappen
Ga mee naar een Feijenoord-kroeg
om een pintje te gaan happen.
Nu gaat de beste club
voor de Europacup.

Refrein

Geen AZ, geen PSV,
die hun wonden moeten likken
Ook nul twintig telt niet mee,
da’s voor hun wel even schrikken
Met de ploeg van ‘hand in hand’
lopen wij de polonaise.
Kampioen van Nederland
en nul-twintig in malaise.
Het feest kan niet kapot
met dank aan Arne Slot.

Refrein

Het wordt feest bij het stadhuis
voor de grote kampioen
Stort je in het feestgedruis
geef je buurvrouw maar een zoen
Raak je door het  bier wat lam,
Ach, dat kan de pret niet drukken.
Het is feest in Rotterdam
en desnoods kom je op krukken.
‘You ‘ll never walk alone’,
bij ‘t passend eerbetoon.

Refrein

© Hans Cieremans

 

herinneringen van vroeger zijn parels voor later

Een parel in de dichte mist
wordt als een schat bewaard,
die verstopt aanwezig is,
herinneringen spaart.
Herinnering aan ‘toen’,
door dementie vervaagd,
die desondanks in volle glans
veel wijsheid in zich draagt.

Een parel houdt haar glinstering,
hoe dicht de mist ook is.
Herinnering in helderheid,
stralend in duisternis.
Soms is ze wit, soms mat
soms met oneffenheid.
’t Is hoe dan ook een pronkjuweel,
die kleurenpracht verspreidt.

Een parel in de dichte mist
is als herinnering,
die in de toekomst levend wordt
in fraaie schittering.
Bewaar die parel goed,
als je haar hebt geërfd.
Want zij kleurt herinnering,
die nooit te nimmer sterft.

©Hans Cieremans

Poetin luister

Vredemissie is een  oorlog,
waar geen mensenleven telt.
En je waarheid is één leugen,
die bestaat uit grof geweld.
‘Vrienden’ zijn slappe barbaren
hielenlikkers van formaat,
het zijn angsthazen en schorem,
de verspreiders van ‘Het Kwaad’.

En zolang je blijft geloven
in een zotte utopie,
zijn onschuldigen de dupe
van je zieke jaloezie.
Mensen worden onderworpen
aan een wrede dictatuur.
En  de winst die dat oplevert
wordt met bloed besmeurd heel duur.

Weet, de kans om dit te winnen
staat vanaf ‘t begin al vast.
Deze  oorlog is een missie
waar geen enk’ le winnaar past.
Zelfs al zou je de winst claimen,
ligt die winst zwaar op de maag,
Want met doden en gewonden
is de winst een nederlaag.

© Hans Cieremans

het land van emoties

In ‘het land van de emoties’
wonen ‘vreugde’ en ‘verdriet’,
Het ‘verdriet is altijd somber,
maar de ‘vreugde’ die geniet.
Maar toch zijn ze altijd samen,
sterk verweven met elkaar.
Want als ‘vreugde’ wordt verbroken,
staat verdriet gelijk al klaar.

Onlosmakelijk verbonden
zijn ze altijd, levenslang.
In ‘het land van de emoties’
zijn ze beiden van belang.
Want als ‘vreugde’ wordt ontnomen,
door de pijn van het gemis,
voel je met betraande ogen
dat ‘verdriet’ aanwezig is.

In ‘het land van de emoties’,
houdt men niet van het ‘verdriet’,
maar je moet het accepteren,
als de ‘vreugde’ je ontschiet.
‘Vreugde’ kan dan wel goed troosten,
’t zit in de herinnering.
De herinnering aan LIEFDE,
die nog nooit verloren ging.

© Hans Cieremans

onze ‘waaroms’

Talloos zijn de ‘waarom’-vragen,
waar geen antwoord voor bestaat.
‘Waaroms’  die je zelf moet dragen,
waar de zin je van ontgaat.
‘Waaroms’ die je hersens kwellen
je  geen reden van beseft.
Waarbij niemand kan vertellen,
waarom jou die ‘waaroms’ treft.

Maar je ‘waaroms’ kun je delen,
met degeen die naast je staan.
Want als jij zijn er zovelen,
die jouw  ‘waaroms’ niet ontgaan.
Die jouw ‘waaroms’ zelfs herkennen,
en die zien hoe jou dat raakt.
Die ook weten; ‘’t Zal nooit wennen’,
voor wie ‘t zelf heeft meegemaakt.

Zo helpen ze je te aanvaarden
wat zo onaanvaardbaar lijkt.
En hun steun bewijst zijn waarde,
naarmate de tijd verstrijkt.
Eens dan kan je wond iets helen,
als ‘t besef langzaam beklijft.
Hoewel ondanks ‘waaroms’  delen,
is het  litteken dat blijft.

Talloos zijn de ‘waarom’-vragen,
waar geen antwoord voor bestaat.
‘Waaroms’  die je zelf moet dragen,
waar de zin je van ontgaat.
Maar ze horen bij het leven,
’t gaat soms anders dan je wilt,
En door elkaar steun te geven
wordt het ‘waarom’ toch wat mild.

© Hans Cieremans

ouders blijven altijd

Onvoorwaardelijke liefde,
de geborgenheid, de vreugd,
zitten in herinneringen
aan een onbezorgde jeugd.
Uit de tijd toen je naar school ging,
onbekommerd hebt gespeeld,
wat in wederzijds vertrouwen
met je ouders werd gedeeld.

Maar het wordt ineens heel anders,
als een ouder overlijdt,
Geen herinnering meer delen,
van vreugd en geborgenheid.
Dan is er een wond geslagen,
waarvoor altijd werd gevreesd,
die ingrijpend, confronterend
pas na lange tijd geneest.

Al je vreugde wordt dan weemoed,
de geborgenheid verdwijnt.
Onbezorgde jeugd van vroeger,
komt dan plotsklaps tot zijn eind.
En al zal de wond genezen,
’t litteken dat blijft altijd.
Maar eens zal de pijn verand’ ren
van verdriet in dankbaarheid.

 Dan geniet je van verhalen
en de foto’s van weleer,
de gelukkige momenten,
en van liefde en veel meer.
En je lach breekt door je tranen
als je denkt aan vroeger tijd.
Ouders kun je gaan verliezen,
maar je raakt ze nooit echt kwijt.

© Hans Cieremans