Geluk duurt altijd tijdelijk,
het duurt soms lang, soms kort.
‘t Is echter onvermijdelijk,
dat het ooit anders wordt.
Wij allen willen daar niet aan,
verdringen tegenslag.
Tot het onheil toe zal slaan
eens op een boze dag.
Dan blijkt geluk heel kwetsbaar, broos.
Je wereld stort dan in.
Je voelt je leeg en hopeloos,
niets heeft er dan nog zin.
Als het geluk verloren gaat,
voel jij je depressief
en besef je vroeg of laat
geluk is relatief.
Maar nooit verdwijnt: ‘Liefdesgeluk’,
onvoorwaard’ lijk groot.
Dat geluk, dat gaat nooit stuk,
‘t is sterker dan de dood.
Zelfs al wordt het bruut verstoord
en omslaat in verdriet,
dan leeft het in je hart toch voort
en daar verdwijnt het niet.
Geluk duurt altijd tijdelijk,
het duurt soms lang, soms kort.
‘t Is echter onvermijdelijk,
dat het ooit anders wordt.
Maar ‘t geluk dat ‘liefde’ heet,
dat raak je nimmer kwijt,
dat blijft bestaan bij lief, bij leed,
tot in de eeuwigheid
© Hans Cieremans