Jij bent niet meer jij,
die tijd is voorbij
en de tijd kent geen ommekeer.
Niet inschikkelijk,
onverkwikkelijk,
wat eens was, dat komt nimmer meer.
Tijd raakt in vergetelheid,
er bestaat alleen nog ‘nu’,
met nog wat verleden tijd
in een helder déjà-vu.
Ook al lijk je mij vergeten,
kent ons leven ongerief.
Toch wil ik jou laten weten:
‘Hoe dan ook, ik heb je lief’.
Jij bent niet meer jij,
die er was voor mij,
jij leeft nu in de schemering.
Dichtbij, toch ver heen,
samen, toch alleen,
levend met de herinnering.
Schemerend in dichte mist,
zo leef jij in jouw cocon.
Tot je eenmaal onbetwist
vlindert naar de horizon.
Ook al lijk je mij vergeten,
kent ons leven ongerief.
Toch wil ik jou laten weten:
‘Hoe dan ook, ik heb je lief’.
Jij bent niet meer jij,
wij zijn niet meer wij,
want we leven nu uit elkaar
Onafscheidelijk
bleek maar tijdelijk,
Ik ben hier en jij zit nu daar.
Hoe verdrietig kan het zijn,
’t leven nam zijn eigen loop.
Het is niet gekozen pijn,
toch kent toekomst altijd hoop.
Ook al lijk je mij vergeten,
heb ik twijfel, maar vertrouw
met een heel gerust geweten;
‘Eens dan vlinder ik naar jou’.
© Hans Cieremans
Geschreven op de melodie van ‘Donna, Donna, Donna’ van Joan Baez