Alzheimerland

Slecht begaanbaar zijn de paden
in het schemerige land.
Paden waarop ik blijft steken,
vast kom zitten in het zand.
Er ontbreken richtingborden
en een vakbekwame gids,
met veel kans op misverstanden
in een continue spits.

Op die paden is de loopdrang
van de wandelaars heel groot.
Paden lopen vaak in rondjes
en tot slot lopen ze dood.
Onderweg zijn mensen talrijk,
maar toch loop ik er alleen.
En het pad dat ik bewandel,
leidt me naar ‘het nergens’ heen.

Op de schemerige paden
is het angstig en ik hoop,
dat er iemand op komt dagen,
met wie ik dan samen loop.
Iemand om op te vertrouwen
met een uitgestoken hand,
die mij vasthoudt en wil helpen,
los haalt uit het mulle zand.

Paden blijven slecht begaanbaar
schemering blijft ook bestaan.
Maar misschien wil jij die gids zijn,
die het pad met mij wil gaan.
Het pad kun je niet plaveien,
maar als jij me begeleidt,
wordt mijn pad toch meer begaanbaar
en je loon is ‘dankbaarheid’.

© Hans Cieremans