Vroeger speelden kind’ren buiten,
met pistooltjes water spuiten
of ravotten met kornuiten,
hoepelen met houten wiel.
Touwtjespringen, ballen, steppen
in de zandbak kuilen scheppen,
maar het kind van nu gaat appen
op zijn Ipad of mobiel.
Hij gaat facebooken of gamen,
ouders komen in problemen
als ze ‘t mobieltje af gaan nemen,
want dan is het huis te klein.
Maar de huidige beschaving
is een prooi voor de verslaving,
die leidt tot de ondergraving
van het kinderlijke brein.
Hé, maar wacht nou toch eens even,
wie moet nou het voorbeeld geven?
Die vraag lijkt niet overdreven
als ik naar de ouders kijk.
Als een kind met hen wil spelen,
dan moet papa plotsklaps mailen,
mamma moet berichtjes delen.
Da’s de huidige praktijk.
En het kwetsbaar kinderzieltje
grijpt verveeld naar zijn mobieltje,
krijgt een risicoprofieltje,
van de school: ‘Het gaat niet goed’.
Want daar blijkt uit een enquête,
dat het kind meer moet letten
en ‘t mobieltje uit moet zetten
en ook beter luist’ ren moet.
De moraal van opa
Ouders leer je kind’ ren tollen,
hink’ len, krijgertje en hollen,
tikkertje en samen dollen,
elastieken in de wind.
Stop gewoon met internetten,
ga gezellig pim-pam-petten,
ganzenborden of kwartetten
en zo wordt je kind weer kind
© Hans Cieremans