Achter de beschermende deuren
zitten mensen op een stoel
aan een houten ronde tafel.
Heeft hun leven nog een doel?
Leven volgen ‘t vaste ritme
in de dagelijkse sleur.
Zo verslijten ze hun dagen
achter de gesloten deur.
Achter de beschermende deuren
zijn die mensen zoveel kwijt.
Hoor, een man roept om zijn moeder,
zijn symbool van veiligheid.
Als hij rammelt aan de deurknop,
met de angst op zijn gezicht,
komt de zuster hem wel troosten,
maar de deur die blijft potdicht.
Achter de beschermende deuren,
zitten mensen in een kring.
Samen gaan ze pim-pam-petten,
trainen de herinnering.
Zuster bakt dan pannenkoeken,
men herkent de zoete geur.
En dan is het zelfs gezellig
achter de gesloten deur.
Achter de beschermende deuren
liggen mensen in hun bed.
Aan de muur tikt de pendule
in een monotone tred.
Tikt naar afscheid van het leven,
naar het vroege morgenlicht.
Eens gaan alle deuren open,
gaat geen enk’ le deur meer dicht.
© Hans Cieremans