Het levensconcert werd bruut afgebroken,
door de muziek van de haat.
Het werd het concert, waar de dood heeft gesproken,
door een waanzinnige daad.
De laatste noot die kwam van een gestoorde
een gruwelijk vals dissonant.
Waarmee hij onschuldige mensen vermoorde
zonder gevoel en verstand.
In dat concert werd de toekomst verbrijzeld
door een gewetenloos beest.
Rouwenden worden in droefheid gegijzeld,
door zijn krankzinnige geest.
Deze gestoorde, die waanzin verspreid heeft,
meedogenloos, door haat verblind,
die zijn perverse gedachtengoed nastreeft,
moet weten dat hij het nooit wint.
Het levensconcert dat werd afgebroken
speelt nu muziek voor ons hart.
Angst werd gezaaid, maar we zijn niet gebroken
ondanks de tranen van smart.
’t Zal niet de angst, maar de daadkracht versterken
saamhorigheid in het gemis.
Het levensconcert speelt nu hemelse werken
Requiem voor wie niet meer is.
© Hans Cieremans