Ons gedrag

Op een rijksweg in de berm
bloeien wilde cichorei,
klaprozen en akkerscherm
en raast snelverkeer voorbij.
Auto’s rijden meer dan honderd,
stoten uitlaatgassen uit.
Niemand die zich nog verwondert
om het muskuskaasjeskruid.

Bah, een file wat een hinder,
oorzaak is vast autopech.
Maar wie ziet er nu die vlinder,
die daar fladdert bij de weg?
Was het nou een korenblauwtje
of een dagpauwoog misschien?
Geef die pechvogel een douwtje,
kunnen wij weer honderdtien.

Overtreed de snelheidsregels.
Hé, daar is iets aan de hand.
Weer die stomme kleine egels.
Ja, dat kost een lekke band.
En we schelden en we tieren
en we hebben geen geduld.
En de platgereden dieren
krijgen nu ook nog de schuld.

Band verwiss ‘len langs de rijksweg
naast het zwart geblakerd gras.
Irritant is dat bekijks zeg,
tijd inhalen, dus ‘plank gas’.
Weer een file, dat gedonder
en we schelden in ’t verkeer.
En het mooie scheppingswonder,
dat ziet bijna niemand meer.

Op een rijksweg in de berm
bloeien wilde cichorei,
klaprozen en akkerscherm
zingt een vogel, zoemt een bij.
Laten wij ons eens bezinnen
wat we met de schepping doen.
Gewoon bij ons zelf beginnen,
het is een kwestie van fatsoen.

© Hans Cieremans